Er wordt zoveel mogelijk gewerkt met inheemse en/of streekeigen soorten. Alle van hier van nature thuishorende soorten zijn streekeigen te noemen. Er zijn enkele soorten die niet inheems zijn maar hier al zo lang, vaak vele eeuwen voorkomen, die worden aangeplant op boerenerven, dat deze ook streekeigen genoemd mogen worden. Stichting Landschapsbeheer Zeeland heeft in het verleden een lijst van bomen samengesteld die voorkomen en die meer kunnen worden aangeplant.
De al aanwezige wilde planten krijgen door goed ecologisch beheer meer ruimte. Dit komt niet alleen de wilde plantensoorten ten goede maar ook de bijen, vlinders en andere insecten die afhankelijk zijn van de inheemse wilde flora. Om de natuurlijke verhoudingen tussen de soorten en ook de onderlinge aantalsverhoudingen niet te verstoren wordt zo min mogelijk nieuw aangeplant op deze locatie.
Aan de randen van het boerenerf worden bloemenmengsels ingezaaid. Zo worden bloemrijke graslanden gecreëerd. Door een goed vervolgbeheer zal de bloemenrijkdom in stand gehouden worden. Wanneer na enkele jaren de grassen of ruigere soorten gaan overheersen zal het maaibeheer geïntensiveerd worden en de maaidata vervroegd.
De grote voormalige vee drinkpoel op het terrein wordt versterkt en behouden en heeft en aantrekkelijke werking op de vogels o.a. als aanvliegroute voor de zwaluwen. Ook vogels uit het Natuurgebied het Zwin vinden veelal hun weg naar deze poel.
Waar mogelijk worden nestkasten geplaatst voor mussen, gier- en huiszwaluw, kasten voor de kerkuil, steenuil en torenvalk. Op de boerderij komt ook de boerenzwaluw voor in de voormalige stallen en de witte kwikstaart.
In het bijzonder voor de huismus is er meer dan voldoende voedsel te vinden op korte afstand.
In goed overleg met de vogelwerkgroepen van de natuurorganisaties van zowel t’Duumpje als met de leden van Vlaamse organisatie Natuurpunt zullen wij mogelijk ook een vogeltil of een toren voor biodiversiteit plaatsen op hoeve de Knokkert.